‘De gemeente wil dat witte mensen hier huizen kopen, maar die willen hier helemaal niet wonen.’ De Pakistaan Kazmi, eigenaar van de gelijknamige tropische winkel in de Rotterdamse achterstandsbuurt Delfshaven wordt moedeloos van de leegstand in zijn buurt. ‘Dit is niet goed, voor niemand. Ook niet voor mij als winkelier.’
Miljoenen belastinggeld worden in Delfshaven gepompt in het kader van het hotspot-beleid van de gemeente en de krachtwijkenaanpak van het ministerie van Wonen, Wijken en Integratie. Oude huurhuizen zijn gesloopt of gerenoveerd en veranderd in koopwoningen. Want daardoor krijg je een leuke en gemengde krachtwijk.
Een lege krachtwijk welteverstaan. Hotspot Mathenesserdijk heeft een overdosis aan leegstaande koopwoningen die maar niet worden verkocht. Woningbouwverenigingen weigeren er huurwoningen van te maken of te zakken in prijs, omdat ze zoveel hebben geïnvesteerd in de renovatie van de appartementen. Dus domineren krakers en leegstand het straatbeeld.
‘Er is woningnood, maar er staat ook zoveel leeg. Hoe ze dat met elkaar kunnen rijmen weet ik ook niet.’ Jean Paul van Engelen (40) is een van de vele krakers in de buurt. Tot anderhalve maand geleden woonde hij in een huizenblok dat met staalplaten is dichtgetimmerd. De ramen zijn uit de bovenverdiepingen gehaald zodat de krakers niet terugkomen. Met graffiti staat er: ‘Achter staalplaten kun de niet wonen’.
Op andere plekken in de straat wel, want Van Engelen woont nu honderd meter verderop in een gekraakt huis. Op de Mathenesserdijk zijn op een stuk van nog geen driehonderd meter tientallen huizen gekraakt. Zelfs de gerenoveerde modelwoning van Stads Vastgoed, die moest laten zien hoe mooi het wonen is in Delfshaven, is gekraakt. ‘Hoezo wat doe je daaraan?’, snauwt een woordvoerder. ‘Ze zijn gekraakt.
Leegstand teken van vooruitgang
De krakers zijn dank verschuldigd aan Leefbaar Rotterdam. Die partij zorgde er in 2004 voor dat de huisvestingsvergunning voor huurwoningen verplicht werd. Kansarmen moesten uit achterstandsbuurten worden geweerd door inkomenseisen te stellen aan nieuwe bewoners. Er komen dus krakers voor terug.
Waar geen krakers wonen, hangen posters voor het raam van antikraakbedrijven Alvast en Ad-Hoc. Antikraak is een vorm van tijdelijke bewoning door (meestal) studenten, zodat de woningen niet leeg staan en worden gekraakt. Maar in Delfshaven staan zelfs de meeste antikraakwoningen leeg.
Bron: De Pers – Krakers veroveren prachtwijk